Wetenschap over Mindfulness

Daniel Goleman – vooraanstaand auteur en wetenschapper – screende samen neurowetenschapper Richard Davidson duizenden studies naar Mindfulness met de vraag: welke studies voldoen aan de hoogste wetenschappelijke normen? Vervolgens keken ze naar: welke effecten van Mindfulness tonen deze supersolide studies aan? Ze vonden vier positieve effecten. Hieronder lees je over de eerste twee.

1. Sterkere focus. Mindfulnessbeoefenaars kunnen zich beter concentreren, zelfs als ze multitasken. Ze hebben minder last van een geest die dwaalt en snel is afgeleid. In werkcontext is dit goed nieuws; het betekent een hogere productiviteit. Zoals een manager zelf het risico beschreef van een slechte focus: “Als mijn geest afdwaalt tijdens een meeting vraag ik me af welke kans ik net heb gemist.”

Wil je je focus versterken? Doe gedurende de dag drie maal een 10 minuten Mindfulness oefening, waarbij je focust op je adem. Zet alles opzij en richt je aandacht op je adem, precies zoals ie nu is. Je hoeft je adem niet te veranderen. Volg de stroom van adem bij het inademen en uitademen. Als je merkt dat je aandacht is afgedwaald, breng op vriendelijke wijze je aandacht terug en volg je adem. Telkens weer.
Veroordeel jezelf niet voor het afdwalen: de geest dwaalt af. Bij iedereen. We zeggen hierover wel: “het is de aard van de geest”.
Het terugbrengen van de aandacht naar de adem is waar de oefening over gaat. Dit versterkt het concentratievermogen van het brein.

Wat verandert er dan? De prefrontale cortex is het gebied in ons brein dat onze aandacht beheert. Als de amygdala, het triggerpunt van lastige emoties zoals angst en boosheid,  opspeelt, geeft het signalen naar de prefrontale gebieden om stil te komen liggen. Daarom kunnen we niet zo goed denken als we bang of boos zijn. Als we onze amygdala kunnen kalmeren, dan kunnen de prefrontale gebieden effectiever opereren – waaronder het beter focussen van onze aandacht. Dit kalmeren van de agmygdala is precies wat Mindfulness doet.

2.  Kalmer blijven bij stress. De amygdala van mensen die regelmatig mediteren is minder snel te triggeren (“a less trigger-happy amygdala”, zegt Goleman). Oftewel, de amygdala is minder geneigd om bepaalde prikkels als bedreiging te interpreteren en een defensieve reactie te geven (vluchten, vechten of bevriezen).

Stel je voor dat je leidinggeeft aan een team met professionals. Als je met je team een Mindfulness oefening doet, zoals hierboven beschreven, dan werkt het team beter samen, waarbij ze minder snel sterk reageren op kleine conflicten. Dat betekent dat ze ook makkelijker informatie en ideeën delen – en uiteindelijk ook effectievere strategische besluiten kunnen nemen, omdat ze in staat zijn om op kalme wijze hun verschillende standpunten te bespreken. Mensen die mediteren herstellen ook sneller van een stressvolle gebeurtenis.

Tot zover Goleman en Davidson!

Hartelijke groet,

Yvonne van Iersel