Blijf alsjeblieft

Er zijn altijd moeilijke collega’s.

_{Vrienden.
Of geliefden.
Ze doen irritant.} 

_{Wat ik vaak doe?}

_{Ik geef ze in mijn hoofd de schuld van mijn ongemak of ongeluk.
Ik probeer ze te veranderen.
Ik maak ruzie.}

_{Wat leer ik om steeds meer te doen?
Om blij met ze te zijn.}

_{Ze leren me veel over mezelf:} 

• _{over hoe ik reageer}     
• _{wat hun gedrag bij me triggert of oproept}
• _{wat me raakt}
• _{welk oud zeer er in me is (en dat al bestond voordat zij ooit in beeld  kwamen)}
• _{hoe te zorgen voor dit oud zeer}
• _{hoe ik anders kan reageren}

_{Vaak is het zo dat ze niet zoveel hoeven te doen. Ze trekken een wenkbrauw op, hebben een verkeerde stembuiging. Dank!}

_{Het doet me denken aan de volgende anekdote:
In een klooster woont een man die de andere inwoners hevig en vaak irriteert met zijn gedrag. Na drie jaar wil hij naar een andere plek verhuizen. Zijn medebewoners smeken hem: “blijf alsjeblieft! We kunnen via jou zoveel over onszelf leren!”}

_{Een verfrissend perspectief.
Spreekt het je aan? Gebruik het waar nuttig, leer wat over jezelf en heb een goede week.}